Hen, die door ons woord in hem geloven...
- Bijbelstudie in een nieuw kleedje
- Aug 24
- 3 min read
Johannes 17:20 “En Ik bid niet alleen voor dezen, maar ook voor hen, die door hun woord in Mij geloven,” (NBG51)
In de vorige overdenking zien we dat Jezus voor de “zijnen” bidt. Uit Jezus’ gebed leren we wie dat waren: Johannes 17:12 “Zolang Ik bij hen was, bewaarde Ik hen in uw naam, welke Gij Mij gegeven hebt, en Ik heb over hen gewaakt en niemand uit hen is verloren gegaan, dan de zoon des verderfs, opdat de Schrift vervuld werd.” (NBG51) Het gaat hier om de 12 apostelen. Maar jammer genoeg gaat één van hen, Judas Iskariot, verloren.
Enkele verzen vooraf verduidelijkt Jezus waarom ze de zijnen zijn: Johannes 17:8 “want de woorden, die Gij Mij gegeven hebt, heb Ik hun gegeven en zij hebben ze aangenomen en in waarheid erkend, dat Ik van U ben uitgegaan, en zij hebben geloofd, dat Gij Mij gezonden hebt.” (NBG51)
Een verschrikkelijk belangrijk vers. Het zijn Jezus’ woorden over wat het inhoudt te geloven.
- Dit vers toont waar Jezus’ boodschap vandaan komt: nl. van de Vader. En Jezus heeft die boodschap ongewijzigd doorgegeven aan de apostelen (en aan andere discipelen).
- Geloof betekent in de eerste plaats Gods boodschap aannemen.
- Geloof betekent dat de Boodschapper door God gezonden is.
- Geloof betekent dat ze dit alles als “waar”, als “echt” beschouwen, niet als een verzinsel of een sprookje.
Maar Jezus’ gedachten en gebed zijn ook bestemd voor alle toekomstige gelovigen. Vers 20 spreekt over de “boodschap” die de “zijnen” in de toekomst zullen verkondigen. Ook die “gelovigen” zullen de boodschappers als door God gezonden zien en de “boodschap” aanvaarden als zijnde van Jezus en dus “echt” en “waar”.
Paulus schrijft in: 1 Thessalonicen 2:13 “En hierom danken ook wij God onophoudelijk, dat gij, toen gij het gepredikte woord Gods van ons hebt ontvangen, het hebt aangenomen niet als een woord van mensen, maar, wat het inderdaad is, als een woord van God, dat ook werkzaam is in u, die gelooft.” (NBG51)
Op hun beurt zullen die nieuwe “gelovigen” uitgaan met Gods boodschap en nieuwe ”discipelen” maken. Voor al die “gelovigen” is Jezus’ gebed bestemd. Jezus maakt geen onderscheid tussen gelovigen uit Israël en die uit de heidenen.
Reeds vroeger zien we in de Schrift wat Jezus hierover zegt: Johannes 10:16 “Nog andere schapen heb Ik, die niet van deze stal zijn; ook die moet Ik leiden en zij zullen naar mijn stem horen en het zal worden een kudde, een herder.” (NBG51)
Deze stal staat voor het “uitverkoren volk”, de andere schapen zijn de “gelovigen” uit de heidenen.
Om af te sluiten nog dit: wij kunnen gemakkelijk nagaan of iemand Gods woord werkelijk spreekt, we hebben nl. de bijbel. Deze wordt niet voor niets “Gods Woord” genoemd, dit is waarschijnlijk gebaseerd op Jezus’ woorden in: Johannes 10:35 “Als Hij hen goden genoemd heeft, tot wie het woord Gods gekomen is, en de Schrift niet kan gebroken worden,” (NBG51). De Schrift of m.a.w. de Bijbel bevat dus Gods Woord. Vermits we allemaal een Bijbel hebben, is het onze verantwoordelijkheid de keuze te maken er in te lezen. Dank de Here om dat “Woord” en de vrijheid die we hebben erin te kunnen lezen. Dit is helaas voor velen onmogelijk. Laten we, net als Jezus, ook voor hen bidden opdat ze Jezus’ weg kunnen gaan.
Geloven in Gods boodschap… Het volgend vers geeft ons stof tot nadenken.
Johannes 3:14-15 “En gelijk Mozes de slang in de woestijn verhoogd heeft, zo moet ook de Zoon des mensen verhoogd worden, opdat een ieder, die gelooft, in Hem eeuwig leven hebbe.” (NBG51)
Gods zegen, in Jezus verbonden,
Comments